‘Door ons lieve gebaar, moest onze dochter huurtoeslag terugbetalen.’

‘Vlak na de geboorte van de kleinkinderen, die nu 7 en 9 zijn, zijn we begonnen met geld opzij zetten. Op hun naam, op een jeugdrekening bij onze eigen bank. Voor een wereldreis of een rijbewijs als ze 18 zijn, dat leek ons mooi.’

Huurtoeslag terugbetalen

‘Het liep anders toen onze dochter ging scheiden. Haar vermogensgrens ging naar beneden – van ‘met fiscale partner' naar 'zonder fiscale partner’ – waardoor ze in de problemen kwam. Doordat het door ons opzij gezette geld werd opgeteld bij haar vermogen, moest zij haar huurtoeslag terugbetalen. En, omdat het geld door ons was vastgezet, kon ze er niet eens bij. Dat was even heel erg schrikken, ja. Dat je boven de vermogensgrens belasting moet betalen, dat is nu eenmaal zo, maar huurtoeslag terugbetalen als je geld hebt waar je helemaal niet bij kunt? Het voelt onrechtvaardig.’

Dubbel lastig

‘Van haar inkomen en de huurtoeslag kan onze dochter rondkomen: een bijstandsuitkering heeft ze niet nodig. Maar, omdat ze nu haar ontvangen huurtoeslag moet terugbetalen én er niet meer in aanmerking voor komt, is het dubbel lastig. En dat alles omdat wij ‘leuk’ geld voor de jongens opzij wilden zetten. Als we het over mochten doen, zouden we het geld gewoon op onze eigen rekening zetten, en het gefaseerd geven als ze wat ouder zijn.’