Cas Spijkers
Als chef-kok wist Cas Spijkers als geen ander hoe je van het leven moet genieten: met lekker eten en op zijn tijd een ‘glaasje vrolijkheid’. Deze Bourgondische levensstijl bracht hij over op zijn kinderen en kleinkinderen. ‘Ons pap zorgde voor de gezelligheid.’
×
Chat met onze medewerkers
‘Zoals hij op televisie overkwam, was hij thuis ook’
Pascalle Spijkers groeide op in een echt horecagezin. Tijdens de weekenden en feestdagen werd er gewerkt. ‘Ik herinner me de eerste kerst dat we allemaal vrij waren nog goed. “Misschien vliegen we elkaar wel in de haren”, zeiden we vooraf tegen elkaar. Dat was zeker niet het geval; we hadden het altijd leuk met elkaar. Niet voor niets is mijn zus mijn beste vriendin.’Extra klontje boter
De taakverdeling in huize Spijkers was duidelijk: moeder zorgde voor de kinderen, vader werkte. Dat wil niet zeggen dat Cas Spijkers er niet was voor zijn kinderen. Pascalle: ‘Hij kwam iedere dag thuis eten. Mijn moeder kookte, maar als mijn vader thuiskwam nam hij het automatisch over. Dan ging er een extra klontje boter door het eten, of kruiden. De woensdagmiddag was voor hem heilig, dan gingen we altijd met het hele gezin wat leuks doen. Lekker eten mocht dan niet ontbreken.’
Als een Italiaanse familie
Eten speelde een belangrijke rol in het gezin. ‘Tijdens het eten werd alles besproken. We leken wel zo’n Italiaanse familie die urenlang tafelt.’ Omdat er al zoveel gesproken werd, waren er in de laatste weken van Cas’ leven geen dingen die nog gezegd moesten worden. ‘Mijn vader was een heel positief mens, hij ging er tot het laatst toe vanuit dat hij beter zou worden. Zijn uitvaart had hij dus niet voorbereid. Een ding had hij wel geregeld: er moest lekker eten zijn en een “glaasje vrolijkheid”, zoals hij een alcoholische versnapering noemde.’ De positieve instelling heeft Pascalle gemeen met haar vader. ‘Ik denk vooral terug aan de mooie dingen die we samen meemaakten. Het was een fijne man. Zoals hij op televisie overkwam, was hij thuis ook.’
Streng
Ondanks de mooie herinneringen waren Pascalle en haar zus Tanja niet van plan de horeca in te gaan. ‘Mijn zus heeft een opleiding tot dierenartsassistente gevolgd, ik ging naar de MEAO. Toen ik daar een potje van had gemaakt, moest ik in de afwaskeuken aan de slag om mijn school te betalen. Daar hoorde ik hoe mijn vader leiding gaf aan zo’n achttien koks. Hij was geen tiran, maar ze moesten wel naar hem luisteren.’ Later, tijdens een vakantie met haar zus, werd Pascalle gebeld door haar vader. Hij was gestart met Auberge De Jonge Swaen en had de hulp van zijn dochters hard nodig. ‘We zijn direct in het vliegtuig gestapt en aan het werk gegaan. Heel gek, maar ook zonder opleiding of ervaring hadden wij het al snel in de vingers. Zo werd De Jonge Swaen ons restaurant.’
Lichtblauwe Kever cabrio
Ook voor televisie werkte Pascalle samen met haar vader. ‘Voor Koken met Sterren schreef ik de recepten uit voor Teletekst en ik deed de inkopen en voorbereidingen. Als ik een culinaire term niet kende, wist ik dat de gemiddelde televisiekijker het ook niet zou snappen. Dus dan moest Cas het in andere woorden uitleggen. Maar hij was ook streng voor mij. Als ik de tomaten niet goed had gesneden, stuurde hij me terug. “Ga maar nieuwe halen en begin opnieuw.” Dan zorgde ik de volgende keer wel dat het goed was! Later hadden mijn zus en ik een eigen item in het programma Route Culinair. Met een lichtblauwe Kevercabrio reden we het land door om de herkomst van producten te bekijken. Dat was superleuk om te doen!’ Kroketten in de klas Cas had naast een culinair ook een creatief talent. ‘Hij spande bijvoorbeeld koksbuizen op een schildersezel en maakte er prachtige kunstwerken van. Voor zijn kleinzoon Kevin beschilderde hij een kleine koksbuis met Cars-autootjes.’ Ook bracht Cas zijn kleindochters de liefde voor koken bij. ‘Oudste kleindochter Janneke wilde zijn kroketten laten proeven in de klas. Toen is hij ze in haar klas gaan bakken. Gelukkig heeft collega-kok Rudolph van Veen die rol een beetje overgenomen. Hij heeft laatst “Disney-appels” gemaakt, daar wilde Charlotte haar klas op trakteren.’ Niet meer bellen voor advies Het blijft lastig dat ze haar vader niet meer kan bellen voor advies. Zeker nu ze haar eigen cateringbedrijf heeft. ‘Eigenlijk was ik altijd van de zwarte brigade, de bediening. Toen mijn compagnon vrij plotseling vertrok, moest ik zelf koken voor dertig man. Het zat er wel in, maar mijn vader heeft mij toen echt de fijne kneepjes bijgebracht. Ook later kon ik hem altijd bellen als ik ergens tegenaan liep.’ Pascalle kan er nog steeds van genieten dat ze op feestdagen vrij is. ‘Het zijn hele leuke dagen om te werken hoor, de gasten waarderen je inzet dan extra. Maar het is ook heerlijk juist dan vrij te zijn.’ Toch sluit Pascalle niet uit dat ze nog eens een nieuw horeca-avontuur begint. ‘Misschien met mijn zus, wij vullen elkaar perfect aan. En het zit toch in ons bloed!’
“ Ons pap zorgde voor de gezelligheid. ”